U wenst informatie over
- Bij een springvinger ontstaat er een pijnlijke hapering of blokkage van de vinger tijdens het bewegen.
- Meestal blokkeert de vinger kortstondig tijdens het strekken. Het kan ook zijn dat de vinger moeilijk kan geplooid worden. 1
- Dit wordt verklaard doordat de buigpezen moeilijk door een tunnel kunnen glijden. Hiervoor zijn verschillende oorzaken.
- In de volksmond wordt ook gesproken van een haperende of “klakvinger”. In het engels: "trigger finger"
-
Wat is een springvinger
- Elke vinger heeft 2 buigpezen. Deze buigpezen lopen doorheen een peesschede, bestaande uit tunneltjes of katrolletjes (engels: pulley's), en zorgen er op die manier voor dat de vingers kunnen geplooid worden.
- Omwille van omstandigheden kan er een conflict ontstaan tussen de buigpezen en de ingang van het eerste tunneltje. Meestal gebeurt dit als een geplooide vinger gestrekt wordt. Vaak wordt dit conflict veroorzaakt door ontstekingsweefsel (door overbelasting tgv repetitief handenarbeid) rond de buigpezen, of een verdikking van de pezen zelf die voor het conflict zorgen. Het plooien van de vinger wordt soms ook belemmerd en dit kan pijnlijk zijn.
- Een springvinger komt frequent voor bij mensen met suikerziekte en reuma. Het komt ook vaak voor in combinatie met carpaal tunnel syndroom.
Klachten
-
Typisch situeert de pijn zich thv de palmzijde van de basis van de vinger. De pijn kan zich ook thv de het eerste gewrichtje van de vinger situeren (het PIP gewricht). Men krijgt de indruk dat dit gewrichtje telkens weer 'uit de kom' / 'uit het let' schiet.
-
De springvinger presenteert zich meestal indien een geplooide vinger gestrekt wordt.
-
Indien het probleem reeds lang aanwezig is kan het gebeuren dat de vinger in een geplooide stand blokkeert. Anderzijds is het ook mogelijk dat het probleem spontaan verdwijnt.
-
In chronische gevallen kan het PIP gewricht niet meer volledig worden gestrekt.
-
Een springvinger komt ook vaak gecombineerd voor met een carpaal tunnel syndroom.
Diagnose
- Anamnese
- Klinisch onderzoek
- Zo nodig: echografie
Waarom behandelen
- Om de pijn weg te nemen
- Om soepele vingerbeweging zonder blokkages te bekomen.
Welke behandeling hangt af van
- de ernst pijnklachten,
- de frequentie van haperingen of blokkages,
- de duur van de klachten.
Niet-operatieve behandeling
- Ontstekingsremmers
- Infiltratie met cortisone
Operatieve behandeling
- Het eerste tunneltje (A1 pulley) van de peesschede wordt doorgesneden en de ontsteking rond de pezen wordt weggenomen. 1
-
Als blijkt dat na deze handeling het PIP gewricht niet volledig kan worden gestrekt, wordt soms een extra stukje pees weggenomen om de beweeglijkheid te verbeteren. (artikel)
Meer info ivm de ingreep & revalidatie.
Meer info ivm uw opname en de verdoving.
Springvinger operatie: samengevat
Dagopname
Locoregionale verdoving
10-15 minuten
Geen immobilisatie! Onmiddellijk bewegen en stretchen van de geopereerde vinger(s). Zo nodig met behulp van kinesitherapie. 1
1 dag en 14 dagen na de operatie bij de huisarts
Doorgaans niet noodzakelijk
Onmiddellijk
Onmiddellijk, zolang de wonde droog blijft
Vanaf dag 2 na de ingreep
Van zodra wondgenezing. Eventueel handschoen.
2 - 4 weken
1 - 3 maanden
Springvinger operatie: voor wie, wat, waarom
- Deze ingreep wordt gedaan voor mensen met een pijnlijk blokkerende springvinger of meerdere springvingers
- De klachten bestaan vnl uit pijn, bewegingsbeperking & blokkages.
- Tijdens de operatie wordt het het eerste tunneltje van de peesschede doorgesneden. De ontsteking rond de pezen wordt weggenomen.
Wat moet u doen vóór de ingreep
- Nuchter: U bent nuchter de dag van de operatie (= niet eten, drinken of roken vanaf middernacht vóór de operatie). Indien u in de namiddag wordt geopereerd, is een beperkt ontbijt toegestaan. U dient wel minstens 6 uur vóór de operatie nuchter te zijn!
- Thuismedicatie: mag ‘s ochtends nog worden ingenomen met een klein slokje water. Geen koffie of andere dranken !
- Bloedverdunners:
- De meeste bloedverdunners mogen tijdelijk niet meer worden ingenomen, tenzij anders besproken met de chirurg.
- Asaflow mag in principe wel verder worden ingenomen en hoeft dus niet te worden gestopt voor de ingreep.
- Bespreek met uw huisarts hoelang, welke bloedverdunner best wordt onderbroken. Zo nodig zullen prikjes in de buik moeten worden opgestart (LMWH).
- Preoperatieve onderzoeken: Zo nodig wordt voor de operatie bij de huisarts een bloedafname en ECG afgenomen. Het resultaat wordt meegenomen de dag van de operatie.
- Samenwerkingsdocument: u neemt het samenwerkingsdocument ingevuld en ondertekend mee de dag van de operatie en geeft dit aan de verpleegkundige.
- Suikerziekte: In geval van suikerziekte zal u vroeg worden behandeld en is het belangrijk de diabetesmedicatie pas na een ontbijt nà de operatie in te nemen.
- Allergieën: Vergeet niet te vermelden indien u allergisch bent aan medicatie, latex of ontsmettingsmiddelen
- Valse nagels: U draagt bij voorkeur geen valse nagels. U heeft propere nagels.
- Sierraden: U draagt geen ringen aan de te opereren hand. Zo nodig vraagt u hulp (bv. juwelier) om de ring (tijdelijk) te verwijderen.
- Kledij: U draagt kledij met korte / losse mouwen.
U wordt geopereerd in AZ St Jan Brugge
Dagziekenhuis:
- De werkdag vóór uw operatie zal u worden opgebeld door de vooropname eenheid ('VOE'). Er zal u worden gemeld hoe laat u in het ziekenhuis wordt verwacht. U mag rechtstreeks naar de verdieping van het dagziekenhuis.
- U hoeft niet via de inschrijvingskiosk op het gelijkvloers te passeren
U wordt geopereerd in AZ St Lucas Brugge
Dagziekenhuis:
- U neemt de werkdag vóór uw operatie tussen 17u30 en 18u30 telefonisch contact met het secretariaat van de dagkliniek (050 / 36 90 10). Het uur van opname zal u meegedeeld worden.
Welke verdoving
- Locoregionale verdoving:
Bij deze vorm van verdoving wordt de volledige hand verdoofd door enkele verdovende prikjes in de onderarm (polsblok). Deze verdoving wordt toegediend door de anesthesist. Met deze manier van verdoving slaapt de volledige hand. De patiënt voelt dat er geopereerd wordt maar het doet geen pijn.
- Locale verdoving:
De verdoving wordt locaal toegediend in de hand met 1 prik. Er wordt zowel verdoving als adrenaline toegediend om het bloeden tijdens de ingreep te stelpen. Er dient op die manier geen oncomfortabele afknelband te worden aangelegd aan de bovenarm. Dit type verdoving heet WALANT (wide awake, local anesthesia, no tourniquet).
- Algemene verdoving:
Per uitzondering en op specifieke vraag wordt voor dergelijke ingreep de patiënt volledig verdoofd.
- Het type verdoving wordt beslist in overleg met de patiënt, de chirurg en de anesthesist.
- Zo nodig wordt tijdens de operatie ook wat sedatie voorzien. De patiënt wordt dan niet volledig in slaap gebracht, maar merkt dan ook niet veel meer van de operatie.
- De verdoving is vergelijkbaar met een behandeling bij de tandarts waarbij nog gevoeld wordt, maar geen pijn meer wordt ervaren.
Hoe verloopt de ingreep
- Tijdens de ingreep wordt een knelband opgeblazen aan de bovenarm (zoals een bloeddrukmeter) zodat bloedloos kan geopereerd worden. Deze knelband kan wat vervelend zijn, maar de operatie duurt niet lang.
- De hand en arm wordt volledig ontsmet. Nadien worden steriele doeken aangebracht.
- De ingreep duurt zo’n 10 - 15 minuten.
Tijdens de hospitalisatie
- De operatie vindt plaats in dagopname.
- U wordt de dag na de operatie verwacht bij de huisarts voor nazicht van de wonde en aanleggen van een kleine pleister. Maak dus best tijdig een afspraak bij uw huisarts om de dag nadien op controle te komen.
Administratie
- Arbeidsongeschiktheid
- Mutualiteit
- Verzekering
- Beroepsziekte
Na ontslag
- De dag van de operatie kan u niet zelf met de wagen rijden. U moet dus vervoer van en naar het ziekenhuis voorzien. Veel patiënten kunnen enkele dagen na de ingreep opnieuw veilig een voertuig besturen.
- U mag het ziekenhuis verlaten kort nadat u terug in het dagziekenhuis bent aangekomen.
- De locoregionale verdoving is na enkele uren uitgewerkt.
- Pijnstillers zijn doorgaans niet nodig. Indien gewenst kan eventueel paracetamol worden ingenomen.
- U mag de vingers en de pols onmiddellijk na de operatie bewegen.
- Bepaalde oefeningen worden aanbevolen 1 . Zo nodig wordt ook kinesitherapie opgestart.
- De wonde mag 2 weken bedekt blijven met een pleister. Indien de wonde droog en proper is, hoeft deze niet bedekt te worden met een pleister, op voorwaarde dat de wonde dagelijks wordt ontsmet. De hechtingen mogen dan bloot blijven.
- U voorziet zelf een afspraak bij uw huisarts, 2 weken na de ingreep voor het verwijderen van de hechtingen.
- Eénmaal de hechtingen verwijderd zijn mag de wonde worden ingemasseerd met vettige handzalf.
Controle en opvolging
4-6 weken na de operatie wordt u terugverwacht voor een controle door onze verpleegkundige / assistent en/of behandelende chirurg. Indien er zich geen problemen meer stellen mag deze controle afspraak tijdig worden geannuleerd (best telefonisch, minstens 24u voor de afspraak).
Revalidatie
- Onmiddellijk mobiliseren van vingers: 1
- Kinesitherapie wordt opgestart van zodra nodig.
- Zo nodig wordt dit toch opgestart, vanaf de controle raadpleging.
- Indien voor de operatie de vinger niet volledig kon gestrekt of geplooid worden kan het wel even duren alvorens de vinger terug soepel beweegt.
Eventuele complicaties
- Wondinfectie
- Postoperatieve pijn thv het litteken.
- Sudeck
- Nabloeding
- Een springvingeroperatie kan de groei van een Dupuytren streng of knobbel in gang steken. Het kan zijn dat deze aandoening vóór de ingreep nog niet zichtbaar / voelbaar was, maar door de ingreep 'getriggerd' is. Meestal situeert dit zich thv de ringvinger. 1
Nog enkele tips
Hou de hand na de operatie voldoende hoog en beweeg voldoende met de vingers en pols. Dit beperkt de postoperatieve zwelling.