U wenst informatie over
- Het heupgewricht is een kogelgewricht dat beweeglijk is in alle richtingen (ball and socket).
- De heupkop heeft een grotere diameter dan de heupnek waardoor de mobiliteit maximaal wordt en de heupnek niet op de acetabulaire rand botst.
- Soms is de anatomische vorm van de heup afwijkend waardoor er een inklemming (impingement) ontstaat.
Wat is femoro acetabulaire impingement
- Er bestaan verschillende vormen van femoro-acetabulair impingment (FAI).
- Veelal is de offset (het verschil tussen de diameter van de nek en de heupkop) verkleind door de aanwezigheid van een botaangroei aan de overgang kop-hals. Hierdoor botst de hals op de acetabulaire rand en veroorzaakt schade aan het labrum en het kraakbeen. Het botsen (impingen) veroorzaakt irritatie in het gewricht (synovitis). Dit is het Cam-type impingement.
- Anderzijds kan hetzelfde mechanisme van botsen (impingen) ontstaan door een te grote bedekking van de heupkop door de acetabulaire rand. Dan spreken we over Pincer-type impingement. Meestal gaat het echter over een combinatie van beide. Bij langdurig en veelzijdig botsen ontstaat onomkeerbare schade aan het heupgewricht die leidt tot slijtage (artrose).
- Op een gegeven moment komt de heup aan een “point of no return” en komt conservatieve behandeling te laat waardoor artrose onvermijdelijk wordt.
Klachten
- Typische klachten zijn pijn thv de lies en het typische C-sign. De pijn bevindt zich meestal in de diepte en kan uitstralen naar de bil. Vaak betreft het een activiteitsgebonden pijn ( na sporten). Komt veel voor tijdens en na explosieve sporten en extreme bewegingen: koersfietsen, karate, ballet, dans, voetbal,…
- Atypische klachten zijn gluteaalpijn, pijn in de knie en de dij, lage rugklachten. Klachten van symfysitis pubis, adductorenlast. Pijnlijke hamstrings (tuber ischiadicum; zitknobbel) en soms zelfs buikspierklachten.
Diagnose
- Anamnese
- Klinisch onderzoek
- RX bekken face en RX heup profiel: hiermee kan de diagnose in 90% van de gevallen gesteld worden.
- Bijkomend kan een CT bekken met 3D reconstructies / arthro-MRI of botscintigrafie aangewezen zijn.
Waarom wordt er behandeld
- De voornaamste reden tot behandelen is om de klachten te laten verdwijnen zodat de patient zijn normale activiteiten kan uitvoeren en kan sporten conform de leeftijd.
- Bij langdurig en veelzijdig botsen ontstaat onomkeerbare schade aan het heupgewricht wat leidt tot slijtage (artrose).
De behandelingskeuze is afhankelijk van
- Is er reeds slijtage aanwezig in het heupgewricht
- Duur en intensiteit van de klachten
- leeftijd
Niet operatief
- Modificatie van de sportactiviteiten,
- NSAID,
- infiltratie.
- Uitwerken en duiden van het probleem.
- Kinesitherapie/fysiotherapie met vooral stabilisatie en mobilisatie.
Operatief
Een heuparthroscopie met verwijderen van de botaanwas (camshaving), verwijderen van de synovitis, hechten van onstabiele labrale scheuren en behandelen (stabilisatie of icepick) van focale kraakbeenletsels is meestal toereikend.
Bij een uitgebreid pincerimpingement (coxa profunda, posterieure overbedekking) waarbij een heuparthroscopie niet voldoende is, wordt een open chirurgische luxatie uitgevoerd.
Operatie: samengevat
dagziekenhuis of 1 overnachting afhankelijk van het tijdstip van de operatie.
algemene verdoving
60-90 minuten
2 weken
2 weken verband. Wonde dicht te laten.
Niet nodig
Niet nodig
Na 2 weken
Vanaf 6 weken
volgens meegegeven schema, afhankelijk van wat tijdens de operatie werd gevonden/behandeld.
geen
6 tot 12 weken
volledige steunname vanaf dag 1 met ondersteuning van de krukken.
vanaf 3 maanden, volgens meegegeven schema
Eens de krukken mogen worden weg gelaten
6 weken
1 jaar
Operatie: uitgebreide uitleg
Voor wie en wat wordt er gedaan?
Een heuparthroscopie is een minimaal invasieve operatie waarbij we via een aantalkleine incisies het heupgewricht gaan benaderen. Via deze incisies of ‘portals’ zullen we een camera en werkinstrumenten in het heupgewricht brengen en de afwijking in het heupgewricht behandelen.
De toestand en graad van slijtage van het kraakbeen is de meest bepalende factor voor een goed resultaat na heupsparende chirurgie. Indien er reeds slijtage van het kraakbeen is opgetreden, zijn de resultaten minder voorspelbaar. Leeftijd speelt bijgevolg een belangrijke rol in de resultaten van heupsparende chirurgie.
Wat moet er gebeuren voor de ingreep:
U bent nuchter de dag van de operatie (= niet eten, drinken of roken vanaf middernacht vóór de operatie). Thuismedicatie mag ‘s ochtends nog worden ingenomen met een klein slokje water. Ook koffie of andere dranken zijn niet toegelaten!
In overleg met uw huisarts, wordt de inname van bloedverdunners tijdelijk gestopt. Asaflow mag in principe verder worden ingenomen.
Zo nodig wordt voor de operatie bij de huisarts een bloedafname en ECG afgenomen. Het resultaat wordt meegenomen de dag van de operatie.
U neemt het samenwerkingsdocument ingevuld en ondertekend mee de dag van de operatie en geeft dit aan de verpleegkundige.
In geval van suikerziekte vragen wij u de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen. Hou best snelle suikers bij de hand (bv druivensuiker) in geval van een te lage suikerspiegel.
Vergeet niet te vermelden indien u allergisch bent aan medicatie, latex of ontsmettingsmiddelen.
Hoe verloopt de ingreep?:
Een heupartroscopie gebeurt onder algemene verdoving in het chirurgisch dagcentrum of via gewone opname (1 nacht).
U wordt geinstalleerd op een tractie/positioneringstafel.
Een camera wordt in het heupgewricht ingebracht om het heupgewricht te inspecteren. Via bijkomende kleine incisies worden werkinstrumenten ingebracht waarmee de letsels en de oorzaak van het probleem kunnen behandeld worden.
Tijdens de ingreep wordt fluoroscopie (X-stralen) gebruikt om na te kijken of de beenderige afwijkingen (CAM/Pincer) voldoende gecorrigeerd zijn.
Beleid tijdens de hospitalisatie:
De heup mag onmiddellijk belast worden en u mag onmiddellijk bewegen binnen de pijngrenzen. De eerste dagen zijn krukken noodzakelijk. In het geval van een camresectie en een labrumherstel, mag u steunen op het geopereerde been maar met ondersteuning van twee krukken. In het geval van een kraakbeenbehandeling mag u gedurende 6 weken niet steunen.
U krijgt van de kinesist in het ziekenhuis een schema met oefeningen. Nadien kan u deze oefeningen zelf thuis doen of onder begeleiding van een kinesist naar keuze. Een uitgebreid revalidatieschema wordt aan u meegegeven.
Beleid na ontslag:
- Kinesitherapie wordt voorgeschreven
- Onstekingsremmers en pijnstilling naar nood.
controle en opvolging:
Controle is voorzien 2 en 6 weken na de ingreep.
Revalidatie
De patiënt krijgt steeds een revalidatieschema afhankelijk van wat juist gebeurde. De rode draad in de revalidatie is dat de patiënt steeds binnen de pijngrenzen moet blijven. Geen doorgedreven krachttraining, de initiële revalidatie werkt vooral op mobilisatie. Minimaal 5 tot 10 dagen stappen met 2 krukken. NSAID 10 tot 20 dagen ter preventie van myositis ossificans. DVT preventie is niet noodzakelijk gezien de patiënt mag stappen. Verwijderen van de hechtingen gebeurt na 10 tot 14 dagen.
Eventuele complicaties:
- Infectie
- Zenuwschade
- Nabloeding
- Thrombose
- Verminderde gevoeligheid schaamstreek
- Myositis ossificans
Operatie: samengevat
3 - 5 nachten
algemene verdoving
90 - 120 minuten
2 weken
2 weken verband. Wonde dicht te laten.
4 weken
Niet nodig
Na 2 weken
Vanaf 6 weken
6 weken met 2 krukken
geen
6 tot 12 weken
gedeeltelijke steunname vanaf dag 1 met ondersteuning van de krukken.
vanaf 6 maanden, volgens meegegeven schema
vanaf 6 weken
3 maanden
1 jaar
Operatie: uitgebreide uitleg
Voor wie en wat wordt er gedaan?
- Bij een chirurgische heupluxatie wordt de heup uit de kom gehaald. Hierdoor kunnen kraakbeenafwijkingen in de kom worden behandeld en kan de vorm van de kom worden gecorrigeerd.
- Deze ingreep wordt gebruikt om afwijkingen aan de heupkom en heupkop te behandelen. Corrigeren van vormafwijking van de heup kan het ontstaan van slijtage voorkomen of het verslechteren ervan afremmen. Het grote voordeel van gewrichtsparende heupchirurgie is natuurlijk dat het eigen gewricht behouden blijft en zwaardere belastingen zoals met sport geen probleem hoeven te vormen. Bij deze ingreep worden bovendien geen spieren losgemaakt. Om het heupgewricht te benaderen wordt een stuk van de trochanter major losgemaakt en na de ingreep weer vastgezet met schroeven
- Deze ingreep wordt doorgaans uitgevoerd bij jonge patiënten en indien er nog geen uitgebreide slijtage van het kraakbeen is ontstaan. Het resultaat van de ingreep is voornamelijk afhankelijk van de toestand van het kraakbeen: hoe beter de kwaliteit, hoe beter het resultaat. Een heupdislocatie wordt voornamelijk uitgevoerd om afwijkingen te corrigeren die met een heuparthroscopie niet behandeld kunnen worden. Het betreft dan meestal afwijkingen aan de achterzijde van het heupgewricht of bij heupgewrichten waarvan de kom abnormaal diep is (coxa profunda).
Wat moet er gebeuren voor de ingreep:
- U bent nuchter de dag van de operatie (= niet eten, drinken of roken vanaf middernacht vóór de operatie). Thuismedicatie mag ‘s ochtends nog worden ingenomen met een klein slokje water. Ook koffie of andere dranken zijn niet toegelaten!
- In overleg met uw huisarts, wordt de inname van bloedverdunners tijdelijk gestopt. Asaflow mag in principe verder worden ingenomen.
- Zo nodig wordt voor de operatie bij de huisarts een bloedafname en ECG afgenomen. Het resultaat wordt meegenomen de dag van de operatie.
- U neemt het samenwerkingsdocument ingevuld en ondertekend mee de dag van de operatie en geeft dit aan de verpleegkundige.
Hoe verloopt de ingreep?:
U wordt in zijlig geinstalleerd, onder volledige narcose. De huidinsnede is tussen de 20 en 25cm. Om het heupgewricht te benaderen wordt een stuk van de trochanter major losgemaakt en na de ingreep weer vastgezet met schroeven. We bekomen zo een 360° zicht op het heupgewricht. Alle afwijkingen, zowel aan de kom als aan de heupkop kunnen op deze manier hersteld/gecorrigeerd worden.
Beleid tijdens de hospitalisatie:
- U verblijft enkele dagen in het ziekenhuis
- Gangrevalidatie onder begeleiding van een kinesist wordt opgestart.
Beleid na ontslag:
-
Onstekingsremmers en pijnstilling worden voorgeschreven
-
Om een thrombose te voorkomen worden bloedverdunnende medicijnen in injectievorm voorgeschreven gedurende een periode van 6 weken.
-
Kinesitherapie wordt verdergezet onder begeleiding van een kinesist.
controle en opvolging:
Controle is voorzien 2 en 6 weken na de ingreep. Controle RX wordt dan ook verricht.
Revalidatie
Na de operatie dient de patient een 6-tal weken krukken te gebruiken. Steunname is wel onmiddellijk toegestaan binnen de pijngrenzen. Dagelijkse kinesitherapie zal voorgeschreven worden, waarbij vooral zal geoefend worden op souplesse van het heupgewricht. Actieve abductie is niet toegestaan de eerste 6 weken.
Eventuele complicaties:
-
Infectie
-
zenuwschade
-
non-union van de osteotomie
-
nabloeding
-
thrombose
-
heterotope ossificaties
-
avasculaire necrose